Hoe ziet het traject eruit?
Het coachingstraject bestaat uit minimaal 4 modules. Iedere module betreft een bepaald onderwerp dat behandeld wordt en duurt gemiddeld 3 maanden.
Een gemiddeld Coachingstraject zal dan ook 1 jaar in beslag nemen. Sneller of langzamer het traject doorlopen? Dat is altijd mogelijk in overleg. Daarnaast is het mogelijk om het traject uit te breiden met 1 of 2 modules naar keuze.
Kennis, inzicht en inspiratie zijn onmisbaar voor kwaliteit
Het Coachingstraject combineert persoonlijke aandacht met bruikbare theorie. Door eerst een workshop te volgen en daarbij de theorie en voorbeelden te zien, kun je vervolgens zelf aan de slag. Een Coach komt langs op jouw werkplek om direct tips te geven in de praktijk. Vervolgens sluiten we de module af met een Intervisie waarbij je in een groepje video inbrengt en we de doelen voor de kinderen bespreken.
Een Workshop van 2 uur waarin het desbetreffende onderwerp behandeld wordt. Je krijgt een PowerPoint te zien waarin de theorie wordt uitgelegd. Dit wordt ondersteund met video’s uit de praktijk. De Workshops hebben een interactief karakter. Aan het eind ontvang je een opleidingskaart over het onderwerp.
4 basismodules
Aansluiten bij het kind (pairing): Hoe sluit je aan bij een kind? Ontdek je wat een kind leuk vindt, versterk je de positieve band tussen jou en het kind. Dit geeft de basis om vervolgens een brug te slaan naar het aanleren van vaardigheden.
Kinderen met autisme en/of een ontwikkelingsachterstand hebben vaak moeite om aan te geven wat ze willen, ze kunnen simpelweg niet aangeven wat ze willen of hebben de taal hier nog niet voor. In deze module leer je hoe je een kind manding aan kan leren. Aangepast op het niveau van de kinderen waarmee je werkt.
In deze module leer je hoe je gedrag kunt versterken, hoe je de motivatie van een kind kunt laten toenemen en het kind op het juiste niveau vaardigheden kunt aanleren en hulp kunt bieden.
Door middel van het ABC schema leer je analyseren wat de reden is waarom een kind bepaald gedrag laat zien. Hoe ga je ermee om kunt gaan en hoe je zorgt dat probleemgedrag afneemt en het kind een passend alternatief aangeleerd krijgt.